Mediteren en tegenstand

Het trekt je aan om te mediteren maar nu even niet. Of je dacht eraan te gaan mediteren maar het heeft zo weinig effect bij jou, dat je het net zo goed kunt laten. Dat zijn gedachten van de grote tegenstander van mediteren. Als iemand gaat mediteren of al mediteert, krijgt die te maken met de grote tegenstander want je gaat een positief pad op. Dan komen acuut negatieve energieën die jou duidelijk gaan maken dat dat geen zin heeft, niet bij jou past, nu echt niet uitkomt, je zou het niet eens ‘kunnen’, enzovoort.

 

Het lastige is dat het niet goed te bepalen is of een gedachte komt uit een behoefte van jouw systeem, of van negatieve energieën. Normaliter laten in rust gedachten die niet van jou zijn relatief makkelijk los, terwijl gedachten die wel van jou zijn blijven. De grote tegenstander is echter een geduchte tegenstander en kan je het mediteren behoorlijk zuur maken. Hoofdpijn, misselijkheid, het gevoel dat je keel dichtgeknepen wordt, angsten en stress, vaak precies zwakke plekken van je. Je kunt natuurlijk jouw gidsen om hulp vragen. Zet jezelf altijd in positieve energieën als je gaat mediteren want je stelt jezelf open. Maar het kan ook een uitdaging voor je zijn waar je zelf mee in het reine mag komen, ik bedoel: iets dat je gidsen niet zomaar van je weg pakken. Ga er ervaring mee opdoen. Als je uiteindelijk tot de conclusie komt dat het best vreemd is dat je dat iedere keer of vaak hebt net als je gaat mediteren, dan heb je kans dat het de grote tegenstander is. Dat ik dit zo beschrijf (als de grote tegenstander) is eigenlijk om het een grappig karakter te geven en er niet te zwaar mee om te gaan. Maar misschien, bedenk ik me nu, schrikken lezers juist van zo’n term. Wees gerust, deze negatieve energieën zullen jou niet kunnen deren.